Overseas
She was still standing in the doorway looking back. The house hadn't changed since he came into her life. And now she had to leave. The cottage was in an idyllic spot, but she had to go. He wanted it. She had to choose between her roots and her lover. Between staying here and a future, far away.
She looked back. In the cottage everything was still exactly as it was meant to be. She had a wood-burning oven to bake bread, she had a nice room with a couch, and there was the big bed, tht used to be heer parents'. And on the sideboard with the glassware was her showpiece. A white piece of earthenware, a bowl with a multicoloured floral relief, Southern European and sumptuous. Her showpiece. She knew, they were just things. But still, things that had always surrounded her, that, after the death of her parents, far too young, had given her life a bit of colour. And here they would stay. All of them. The ship that would carry them away had no place for trinkets. No place to take her life with her. No place for the past.
When the night swallowed up the island in the distance, she turned around. She looked into his eyes and she saw her future. And she knew she had to give herself with all her heart. To him and to her future. She straightened her back.
She was old now. Life had treated her kindly. It had given her a man with a kind heart, a daughter and two good sons, and enough to eat. She had a home and she was still healthy, although the years had not gone by unnoticed. And sometimes, just sometimes, she saw it. Her old house, dilapidated, but still her house. Spiders lived there now. And maybe a stray cat once in a while, looking for a place to make her nest.
That night she saw a man standing there. He was standing exactly where she had turned that day, long ago. He wasn't young anymore. When his eyes were accustomed to the twilight, he carefully walked in. The floors were infested with woodworm. But they could still bear the weight of decay. The sofa, once her pride, lay overturned in a corner. The fragments of her parents' bed. The cupboard with the glassware was still there, but the contents had decayed to shreds and mildew with the shelves. When he laid his hand on the bowl, still almost intact, the exuberant colours only slightly faded, he saw her. Just for a moment. An old woman on a distant shore, her eyes staring, searching. The bowl was beautiful for ugliness. When he took it with him, an old woman turned away. For the last time. She could sleep now.
peter's spinsels
dinsdag 31 december 2019
vrijdag 31 mei 2019
Welterusten Greetje
Cyber-tante. Weten jullie het nog? De jongste – en favoriete
– zus van mijn moeder, die helemaal op de hoogte was van de moderne
communicatiemiddelen, die precies wist wat een ‘feed’ was, en die trouw
reageerde op al mijn blogposten op ‘thuisopmadeira.nl’en ‘heerenleed.com’. Ik
heb destijds een kort verhaaltje aan haar gewijd, dat nog altijd hier te vinden is.
Mijn prachtige tante
Greetje. Een ietsje frivolere versie van mijn eigen moeder, zou je kunnen
zeggen. Ten tijde van mijn moeders laatste maanden, allemaal opgeschreven en
bewaard in een eigen blogpost voordat een te oude computer het meenam naar zijn
graf, speelde Greetje een heel belangrijke rol. Ze was er altijd als dat nodig,
was, was mijn eigen referentiekader, waar we even onze eigen ideeën tegen het
licht konden houden en aan Greetje konden vragen of ze ook vlekken zag.
De uitvaart van mijn moeder moest van ons een
ongebruikelijke vorm krijgen. Dat lukte goed. Maar toen ik de aanwezigen moest
toespreken hield ik een half oog op Greetje, om te kijken of ik het niet te
bont maakte. Maar toen ik mijn zegje gezegd had stond ze op, en zei “en nou ik.’
En deed vervolgens alles nog eens dunnetjes over. Ze was de laatste verbinding met mijn moeder.
En nu is Greetje een heel klein perkamenten restje van
zichzelf geworden. Haar lichaam laat haar in de steek en het perkament is te
dun geworden om nog veel op te schrijven. Daarom kreeg ik gisteren van haar
kinderen het bericht dat het tijd was. Tijd om terug te brengen wat Greetje ons
gaf toen mijn moeder in haar laatste fase was.
Bij mijn aankomst in het hospice word ik gewaarschuwd door
mijn nichtje Elsbeth. ‘Niet schrikken. Ze is een heel oud broos vrouwtje
geworden’. Ik ben niet geschrokken. Ik zag een déjà vu. Mijn moeder in haar bed, de laatste maanden
voordat ze ging. En Greetje. Ook in haar bed. Net zo’n klein vogeltje als mijn
moeder destijds was. De zusjes lijken
nog meer op elkaar dan ik al wist.
Greetjes stem is zo goed als weg. Ze kijkt onrustig uit haar
ogen. Maar dan opeens is er een focus, een klein beetje herkenning en dan pakt
ze mijn hand. Ik weet dat ze weet. Er komt een schaduw van een glimlach en ik
vang een glimp op van Greetje. Ze is er nog.
Dan vraagt iemand of ze misschien naar het terras wil.
Zonder dat ze het nog kan zeggen is het duidelijk dat ze niets liever wil. Ze
wordt met haar bed naar buiten gereden en haar gezicht ontspant. Buiten.
Vogels. Frisse licht en een zuchtje wind door haar haren. Een echt zusje van
mijn moeder.
Het is tijd om afscheid te nemen. Het valt haar zwaar nog te
communiceren met de wereld. Haar krachten zijn bijna uitgeput. Het lukt haar
nog net om me duidelijk te maken dat ik de groeten aan Noud moet doen, en ze
laat me heel nadrukkelijk weten dat ik dat niet mag vergeten. Dan zwaait ze
nog. Ze zwaait met haar handen en haar mond vormt nog het karakteristieke ‘daaag’,
dat ik in mijn hoofd nog hoor klinken. Nog altijd echt Greetje. Heftig hoor.
Harm, Riekje en Elsbeth hebben me verteld dat dit haar
laatste wakende momenten zullen zijn. Greetje heeft besloten dat genoeg genoeg
is. Terwijl ik dit schrijf slaapt ze. Ze zal niet meer wakker worden in dit
leven. Een prachtig afscheid van een prachtig mens. Een traan waardig. Maar ook
een lach. En dankbaarheid dat we deel mochten zijn van haar leven.
Welterusten Greetje.
Toen moeder was gestorven stuurde Greetje me een aantal
versregels die zo mooi zijn dat ik ze graag aan haar wil teruggeven.
‘afscheid nemen is met zachte vingers
Wat voorbij is dichtdoen en verpakken
In goede gedachten der herinnering.’
zondag 2 december 2018
Saudades
Vandaag is het ineens weer zomer. Dat kan hier op Madeira zomaar gebeuren op 2 december. En omdat het 2 december is stel ik mij ineens mijn ouders voor. Hier in onze tuin op Madeira. Waarom vandaag? het was hun verjaardag. Vandaag zou mijn moeder 103 geworden zijn, mijn vader 104. Mijn moeder zou genoten hebben van een dag als vandaag. Heerlijk op het terras, buiten ontbijten en koffie, even naar de zondagsmarkt voor (écht) verse groenten en fruit, zoals je die in Nederland allang niet meer kunt kopen, en dan gauw weer terug naar huis, lekker rommelen in de tuin. Mijn vader zou ook genoten hebben, omdat hij ervan genieten kon dat mijn moeder genoot. Hij zou wel om de parasol gevraagd hebben want hij kon niet zo goed tegen de warmte.
Het is gemakkelijk om mijn ouders hier in onze tuin voor te stellen. Maar in werkelijkheid zijn ze er niet meer. Of toch? Ik denk lang niet elke 2 december aan hun verjaardag. Maar vandaag wel. Ik weet ook niet waarom. Of misschien toch wel: mijn laatste verbinding met mijn kindertijd is mijn moeder's jongste zusje, tante Greetje. Als ik haar opbel is haar stem nog altijd die van haarzelf, en lijkt heel erg op die van mijn moeder. En ze klinkt nog net zo als heel wat decennia geleden, en messcherp is ze ook nog, maar ze is nu echt heel oud en moest door de zoveelste ongelukkige val haar huis achterlaten en verhuizen naar een kamer in een verpleeghuis. Dat is allemaal heel recent, en dringt de herinnering op aan mijn moeder toen ze, ook door een ongelukkige val, in het verpleeghuis terecht kwam. Droevige tijden.
vrijdag 23 maart 2018
Gifgigant
Dus we hebben nu een gifgigant. Van nu af aan gaan zij bepalen hoe fruit en groenten eruit moeten zien. Wat voor samenstelling en vorm ze moeten hebben. Van nu af aan gaan ze de wereld overspoelen met zaden die onvruchtbare gewassen opleveren. Dat geeft niet, want bestuiving kan binnenkort toch niet meer, want de gigant is al aardig op weg de bijen uit te roeien. Voor geld. Niets anders.
De Europese regeerders hebben de fusie tussen Monsanto en Bayer goedgekeurd. Maar vertel me één ding: Welke regeerder bij zijn volle verstand keurt zoiets goed? Of hebben we hier toestanden zoals op Madeira. Waar een monopolist gewoon de regeerder omkoopt om zijn monopolie te beschermen.
Ik ben geschokt. Ik ben droevig. En ik ben bang voor wat deze molog met onze gezondheid gaat doen. Gelukkig ben ik oud. Ik ga vast aan iets anders dood. Maar jullie?
De Europese regeerders hebben de fusie tussen Monsanto en Bayer goedgekeurd. Maar vertel me één ding: Welke regeerder bij zijn volle verstand keurt zoiets goed? Of hebben we hier toestanden zoals op Madeira. Waar een monopolist gewoon de regeerder omkoopt om zijn monopolie te beschermen.
Ik ben geschokt. Ik ben droevig. En ik ben bang voor wat deze molog met onze gezondheid gaat doen. Gelukkig ben ik oud. Ik ga vast aan iets anders dood. Maar jullie?
zondag 29 januari 2017
Ouderenhangplek
Het is onvermijdelijk. Met het klimmen der jaren wordt je langzaam maar zeker in een ouderenghetto gedwongen. Vroeger waren dat, heel overzichtelijk, gewoon de bejaardenhuizen. Maarja. De Nederlandse overheid heeft het geld nodig voor het betalen van dure belastingdeals met multinationals, het doen van Teevendeals en het betalen van nutteloze prestigeobjecten, dus bejaardenhuizen zijn er haast niet meer. Zolang je je nog maar een klein beetje kunt voortbewegen moet je maar zien hoe je jezelf redt. Pas als je niet meer mobiel bent ontfermt de gemeente zich over je – als het geld daar tenminste niet ook op is – en mag je in een verpleeghuis. Jippie! Gelukkig is het voor ons nog niet zover. We kunnen nog lopen, fietsen zou ook nog kunnen, autorijden geen probleem dus we zijn nog lang niet aan de beurt voor verzorging.
Daar zit een keerzijde aan. We hebben dus ook geen recreatiezaal waar we gezelligheid (nou ja…) en aanspraak kunnen vinden. Nu kunnen we in Nederland natuurlijk nog wel de kroeg in. Maar daar hebben we met een ander fenomeen te maken. Onzichtbaarheid. Als je in Nederland geen – laten we zeggen – 45 meer bent, laat staan vijftig of ouder, dan wordt je onzichtbaar. Jongeren hebben geen belangstelling voor wat je te melden hebt. Sterker nog, als je naar een café gaat voor wat aanspraak dan wordt je door iedereen onder de vastgestelde kritische leeftijd genegeeerd. En als je gezien wordt, dan is dat om je de kroeg uit te kijken. Echt waar. Je hebt er niets te zoeken, ga achter je geraniums zitten, jullie kosten ook al geld dus verziek onze kroeg niet.
Geen wonder dat we steeds meer samenscholingen op straat zien. Ja. De bekende Ouderenhangplek. Gratis hangen, lullen tot je een ons weegt en daarbij lekker op het bankje van je rollator zitten. Of, nog comfortabeler, op de fauteuil van je scootmobiel. Omdat we allemaal geen twintig meer zijn zoeken we natuurlijk wel een beschutte en liefst een overdekte plek uit, want een longontsteking zou ons einde betekenen. En dan dient zich uiteraard het winkelcentrum in de buurt aan, want daar moeten we ons toch al heen slepen voor de dagelijkse boodschappen. Als je geluk hebt is het ook nog verwarmd, zodat je daar ook in de winter je dagelijks sociaal vertier kunt vinden. Totdat het winkelend publiek je ineens ziet – ondanks je onzichtbaarheid. Mogelijk dat ze jou niet eens zien, maar wel je rollator of, nog erger, je scootmobiel, die ineens vreselijk in de weg staat. En als je met je hulpmiddelen niet in de weg staat hebben jongere mensen tóch gewoon besloten zich aan je te ergeren. We zijn niet meer welkom in het winkelcentrum, in de maatschappij, eigenijk in het leven.
En dan is daar ineens de verlossing. En die komt uit onverwacht jeugdige hoek. Iedereen onder, en heel wat boven de zeventig heeft er een goed heenkomen gezocht. Geen rollator meer nodig, en ook geen scootmobiel. Zomer en winter beschutting. En koffie tegen kostprijs. Geen onzichtbaarheid meer, en ook ineens jongeren die weer met je spreken. Ook wij heel-wat-plussers doen ineens weer mee. Een wonder openbaart zich. Nee, het is niet de heilige maagd die ons verschenen is zoals in Lourdes of in Fatima. De verlossing komt van meneer Mark Zuckerberg. Hij heeft ons weer een plaats gegeven in de maatschappij. Facebook. De ouderenhangplek anno 2017. Het is er reuze gezellig!
woensdag 1 juni 2016
Lucas
Lucas wordt langzaam wakker. Net als elke morgen, de laatste maanden, beleeft hij een kort moment van geluk. Naast zich weet hij zijn Lena. Maar als dan de nevels van de nacht uit zijn hoofd optrekken ziet hij ineens de lege plek naast zich. Net als elke morgen de laatste maanden. De nacht waaruit zijn dagen bestaan, de laatste maanden, neemt bezit van hem. Een floers van triestheid. Hij voelt zich als op een begrafenis, waar hij keer op keer zijn eigen ziel begraaft.  
Het graven van het graf begon een paar maand geleden. Toen alles nog zonnig was. Toen zijn Lena er nog was. Toen ze hem, zonder het te weten, de mooiste verhalen voorlas. Er was een feest in de stad. Te veel verleidingen. Chemisch. En ook van vlees en bloed. Te veel mooie verhalen. Niet geluidloos voorgelezen, maar in neon uitgeschreeuwd. Lucas was te zwak. En zijn Lena was ineens weg.  
Sindsdien heeft de wanhoop zich van Lucas meester gemaakt. Leegte in zijn hoofd, zonder Lena’s prachtige verhalen. Elke dag een beetje meer. Hij heeft weken lopen zoeken. Lena bleef weg. En de tijd werd een spiraal. Neerwaarts. Nog één keer gaat hij de stad in. Een stapel papieren in zijn tas. Elke plek waar hij met Lena was krijgt er een. En hij geeft zichzelf nog een week. Hij kan niet verder zonder Lena.  
Een voorbijganger ziet uit zijn ooghoeken een plakkaat hangen. Hij stopt en leest. Het plakkaat hangt daar, zomaar op een willekeurige muur in de stad. Een kleine tragedie verwoord. Het papier hangt er al een tijdje, gezien de ezelsoren en de beschadiging aan de bovenkant. Minstens een paar weken. Hij kent geen Lena.
Het graven van het graf begon een paar maand geleden. Toen alles nog zonnig was. Toen zijn Lena er nog was. Toen ze hem, zonder het te weten, de mooiste verhalen voorlas. Er was een feest in de stad. Te veel verleidingen. Chemisch. En ook van vlees en bloed. Te veel mooie verhalen. Niet geluidloos voorgelezen, maar in neon uitgeschreeuwd. Lucas was te zwak. En zijn Lena was ineens weg.  
Sindsdien heeft de wanhoop zich van Lucas meester gemaakt. Leegte in zijn hoofd, zonder Lena’s prachtige verhalen. Elke dag een beetje meer. Hij heeft weken lopen zoeken. Lena bleef weg. En de tijd werd een spiraal. Neerwaarts. Nog één keer gaat hij de stad in. Een stapel papieren in zijn tas. Elke plek waar hij met Lena was krijgt er een. En hij geeft zichzelf nog een week. Hij kan niet verder zonder Lena.  
Een voorbijganger ziet uit zijn ooghoeken een plakkaat hangen. Hij stopt en leest. Het plakkaat hangt daar, zomaar op een willekeurige muur in de stad. Een kleine tragedie verwoord. Het papier hangt er al een tijdje, gezien de ezelsoren en de beschadiging aan de bovenkant. Minstens een paar weken. Hij kent geen Lena.
donderdag 31 maart 2016
alweer bijna 10 jaar voorbij...
Er is alweer bijna tien jaar voorbijgegaan sinds mijn moeder in september 2006 's nachts ongelukkig viel en na een week een dwarslaesie ontwikkelde. De tijd die volgde was een emotionele achtbaan, waaraan we, hoe vreemd het ook klinkt, niet alleen maar nare herinneringen hebben. Omdat moeder een grote vriendenkring had werd het op de hoogte houden van alle geïnteresseerden via de gebruikelijke weg - met brieven die geschreven, gekopieerd en met postzegel verstuurd moesten worden - na korte tijd al niet meer uitvoerbaar. We hadden onze handen vol, want moeder was gereduceerd tot een (uitstekend) functionerend hoofd, en het enige wat haar gelaten was, waren de bezoeken en de gesprekken met ons, met enkele van haar kleinkinderen, met natuurlijk haar favoriete zusje Greetje en met die vrienden en vriendinnen die nog mobiel genoeg waren om naar haar toe te komen. Daarom ging de communicatie vroeg in 2007 over naar een - technisch nog gebrekkige - blogvorm. Wat erin staat gaat natuurlijk over moeder, maar het zegt meer over mijn gedachten en emoties in die lastige maar waardevolle maanden die haar nog restten. Voordat alles langzaam in de vergetelheid raakt, of erger nog, door een domme computercrash definitief verdwijnt, heb ik de blogposten verzameld, de chronologie omgedraaid om alles makkelijker te kunnen lezen, een paar beelden toegevoegd en nu als Spinsel aan de wereld prijsgegeven. Ook een vorm van loslaten. Hoewel er nog vaak fragmenten door mijn hoofd vliegen. zoals deze week, met een boek op het terras van ons huis in Fajã da Ovelha, Madeira, toen er in de laatste zonnestralen van de dag op de hoek van ons dak ineens een merel het hoogste lied zong. Ik was ineens terug in Steenbergen, na een bezoek-met-gouden-randje aan moeder. Die momenten zullen wel altijd terug blijven komen. En dat is goed. Maar nu is het tijd om dit document aan de cloud die Google heet toe te vertrouwen en hem van mijn eigen harde schijf te wissen. Voordat de ouderdom van de laptop dat zelf doet. Voor wie het lezen wil - pas op, veel tekst - een inkijk in mijn gedachten in een lastige maar toch mooie tijd...
Abonneren op:
Posts (Atom)